De faam zorgde voor bijzondere situaties, vertelt hij. “Dan lagen er fans uit Brabant voor mijn huis. Wachtend tot ik naar buiten zou komen. Dan ging ik maar via de brandtrap naar beneden.”Ook de tv-programma’s klopten regelmatig bij de bandleden aan. Maar Outhuijse hield de deur liever dicht. In tegenstelling tot de anderen. “Die gingen dan naar Triviant, of Tien voor Taal. Ik heb me kapotgelachen voor de tv. Dat zij er wel heen wilden, vond ik prima. Het past alleen niet bij mij zulke dingen. Ik richt me liever op de muziek.”Nadat De Kast een tijdje gestopt was, kwamen de mannen weer bij elkaar. En dat voelde fijn, zegt Outhuijse. “De verhoudingen zijn heel goed onderling. Misschien zelfs beter dan daarvoor. Dat komt denk ik omdat de druk er af is. Hits scoren interesseert ons niet meer.””In onze drukke periode hadden we niks te vertellen. Je moest overal maar komen opdraven. Dat was soms best zwaar”, zegt hij. “Nu vind ik het vooral belangrijk om met een leuke club mensen te werken.” Het plezier laten prevaleren boven de commercie, kost hem de nodige centen. “Maar”, zo zegt hij, “als ik daarvan kan bestaan, zie ik dat juist als rijkdom.”
Bron: Omrop Fryslân
in Cultuur
Boek over De Kast: drummer Nico Outhuijse geniet vooral nu hij terugkijkt
